Dutch Word: gebruiken
English Meaning: to use

Word Forms: gebruik, gebruikend, gebruikt, gebruikte, gebruikten

Example Sentences:

Mijn oma gebruikt alleen boter, geen margarine.
My grandma only uses butter, no margarine.
[Show Details]
Heb je deze software ooit eerder gebruikt?
Have you ever used this software before?
[Show Details]
Deze auteur is geneigd om ouderwetse uitdrukkingen te gebruiken.
This author tends to use old-fashioned expressions.
[Show Details]
Astronomen gebruiken telescopen om de sterren te bestuderen.
Astronomers use telescopes to study the stars.
[Show Details]
Uit onderzoek blijkt dat één op de vier Europeanen nog nooit een PC heeft gebruikt.
A study revealed that one in four Europeans have never used a PC.
[Show Details]
Alleen Birma, Liberia en de Verenigde Staten gebruiken het metrieke stelsel niet.
Only Burma, Liberia and the United States don't use the metric system.
[Show Details]
Welk besturingssysteem gebruikt je?
Which operating system are you using?
[Show Details]

Learn Dutch and other languages online with our audio flashcard system and various exercises, such as multiple choice tests, writing exercises, games and listening exercises.

Click here to Sign Up Free!

Or sign up via Facebook/Google with one click:

    Log in with Google

Watch a short Intro by a real user!