Dutch Word: vragen
English Meaning: 1. to ask 2. to demand

Word Forms: gevraagd, vraag, vraagde, vraagden, vraagt, vragend, vroeg, vroegen

Example Sentences:

Mag ik je wat vragen?
Can I ask you something?
[Show Details]
Kan je de ober om de rekening vragen?
Can you ask the waiter for the bill?
[Show Details]
Mijn dochter kwam vandaag huilend thuis van school. "Wat is er gebeurd?" vroeg ik haar.
My daughter came home from school crying today. "What happened?" I asked her.
[Show Details]
"Hoe oud ben je?" vroeg de politieman. "Veertien," zei de jongen.
"How old are you?" asked the policeman. "Fourteen," said the boy.
[Show Details]
Ik heb het hem drie keer gevraagd, maar hij gaf geen antwoord.
I have asked him three times, but he didn't answer.
[Show Details]
Ze was te verlegen om me om hulp te vragen.
She was too shy to ask me for help.
[Show Details]
Ze wilde dat hij af en toe de badkamer schoonmaakte zonder dat ze het hoefde te vragen.
She wished he would occasionally clean the bathroom without being asked.
[Show Details]

Learn Dutch and other languages online with our audio flashcard system and various exercises, such as multiple choice tests, writing exercises, games and listening exercises.

Click here to Sign Up Free!

Or sign up via Facebook/Google with one click:

    Log in with Google

Watch a short Intro by a real user!